zaterdag 7 november 2020 / NRC /

Achtergrond / Nadia Moussaid

‘We trouwen pas als we drie dagen lang kunnen feesten’

Wat is je huidige gemoedstoestand?

„Wéér leven met beperkingen door corona, het valt me zwaar. De avond dat het bekend werd gemaakt, heb ik maar een fles wijn opengetrokken. Ik sliep slecht die nacht. De onzekerheid. Het ontbreken van perspectief. Verdomme. Tóch weer geen etentjes, geen groepslessen. Er zit zo weinig lichamelijkheid in ons leven nu. Dat mis ik.”

 

Wat zie je als je je ogen sluit?

„Dan vóél ik vooral mijn vermoeidheid. Mijn vriend Geert hoorde vorig jaar dat hij ernstig ziek is, kanker. We hebben een zware tijd gehad. In het aangezicht van de dood hang je heel erg naar het leven. Impulsief dingen kunnen doen, op ontdekking, op vakantie. Toen kon het niet, en nu wéér niet, door corona. Gelukkig konden we in de zomer Geerts verjaardag vieren. Met een groep vrienden kamperen, de hele nacht dansen, plezier. Hij vroeg me die nacht ten huwelijk. We trouwen pas als we drie dagen lang kunnen feesten.”

 

Wat is je grootste prestatie?

„Ik heb twee studies afgerond, leuk werk, een fijne relatie, leuke vrienden. Ik ben er trots op dat ik een koophuis heb. Waar ik vandaan kom is dat allemaal niet vanzelfsprekend.”

 

Lijk je nog op wie je vroeger was?

„Ja, toen was ik al eager, nieuwsgierig, kattig soms. Ambitieus, een streber. Ik heb een foto van mezelf als meisje, felgekleurd jurkje, mijn moeder doet een lint in mijn haar. Die blik in mijn ogen. Kom maar op!”

 

Welke verleiding kan je niet weerstaan?

„Eten is een van de fijnste dingen in het leven. Tijdens de eerste coronaperiode kwam ik kilo’s aan. Die zijn er nu weer af, maar oeh, gevaarlijke tijden.”

 

Hoe moedig ben je?

„In vliegtuigen en op boten sta ik doodsangsten uit. Verder durf ik veel; mensen interviewen, live televisie, geen probleem. Op straat zeg ik er iets van als iemand naar doet tegen een kind of een dier. Ik ben impulsief, rijdt een auto me bijna van mijn fiets, dan schreeuw ik ’m na of kan-ie een dreun op z’n dak krijgen. Dat is niet altijd verstandig. Er is wel eens iemand uitgestapt. Gelukkig waren er mensen in de buurt.”

 

Maak je deel uit van iets groters?

„Alles is met elkaar verbonden en ik ben daar ondercdeel van. Mijn gedrag híér – eet ik een avocado, koop ik goedkope kleding – heeft invloed op mensen dáár. Mensen onderdrukken of uitsluiten – minderheden, vrouwen – leidt tot reactie. Ik voel me verbonden met de generatie die nu opstaat en roept: het moet anders. Ook qua klimaat. Nú moeten we dingen aanpakken, willen we stráks nog een toekomst hebben.”

 

Waar maak jij je druk over?

„De toenemende ongelijkheid. Door corona polariseert de maatschappij nog verder. Wilders laatst met zijn uitspraak over Mohammed en Fatima . Woest was ik. Mensen, mensen, slik niet alles voor zoete koek. Wees kritischer. En vooral: empathischer.”